Herinnering,





Mag ik je konijnen zien?
Ze is toch wel een beetje verlegen en wiebelt op één been terwijl ze steun zoekt bij de deurpost.
Mijn konijnen zien? O ja, de jonkies, dat heb ik je beloofd. Kom maar even binnen dan vraag ik het mijn moeder.
Blozend van spanning loopt ze achter Wim aan. Hij is ouder en zit al in de zesde klas. Hij gaat naar de ambachtschool in september, dat heeft hij haar verteld.
In de voorkamer staat het vol met meubels. Een tafel met stoelen, een dressoir, een staande schemerlamp in een hoek en overal liggen kleedjes, op de meubels en er onder. Nieuwschierig kijkt ze rond.Het is net zo'n huis als waar ze zelf in woont maar hier is het veel donkerder.
De tussendeuren zijn dicht, ziet ze, die staan bij haar thuis altijd open. Haar moeder houdt van licht en ruimte en ze kijken nu aan alle kanten op de weilanden uit.
De kamer is ook vol met mensen, de moeder van Wim en een grote broer en grote zus.
Later hoort ze dat Wim een nakomertje is, de hekkensluiter of onderdeurtje wordt hij wel plagend genoemd.
Moeder, dit is Willy, zij woont hier nog maar pas. Zij vraagt of zij mijn konijnen mag zien, ik heb haar verteld dat er jonkies zijn. Ze komt uit Amsterdam en heeft nog nooit dieren in het echt gezien.
Zo, zegt de moeder van Wim. Een meisje uit Amsterdam, een stadsmeisje, dat is wel even wat anders en je gaat naar de zelfde school als onze Wim. Hij heeft ook al voor je gevochten op het schoolplein, hoorde ik.
Ze kijkt naar het nieuwe kind en de broer en zus moeten lachen.
Willy knikt. Ze durft niet te zeggen dat een grote jongen haar tegen de grond heeft gegooid en dat Wim voor haar opkwam en die jongen een paar klappen heeft gegeven.
Haar moeder was boos geworden, door de val was haar nieuwe rok gescheurd. Ze heeft alleen maar gezegd dat ze struikelde, ze heeft niets over die jongen gezegd.
Een meisje dat in de problemen komt, zegt haar moeder altijd, dat heeft er zelf voor gezorgd.
Misschien is de moeder van Wim ook wel boos, denkt ze dat het haar schuld is dat hij gevochten heeft.Ze was helemaal verbaasd toen ze Wim ineens zag vechten met die jongen.
Dat doe je niet, schreeuwde hij woedend, een kind slaan dat kleiner is dan jij. Kom maar op als je durft.Toen had die jongen ineens een bloedneus. De bovenmeester was er aan te pas gekomen. Willy zucht eens diep.
Je bent een galante ridder, zegt Wim's moeder en iedereen schiet in de lach. Willy snapt er helemaal niets meer van.Lachen ze nu om haar?
Het is al goed hoor,als ze haar verlegenheid opmerkt knikt ze naar haar zoon. Jullie mogen best de konijnen gaan zien.
Denk erom dat je de kooien goed gesloten houdt en de deur weer achter je dicht doet.
Wim knikt en samen lopen ze naar het balkon en gaan langs de houten trap de tuin in. Achterin de tuin staat een grote schuur.Als ze over de drempel de schuur instappen houdt zij verrast haar adem in.

wordt vervolgd.

btemplates

4 reacties:

Unknown zei

we moeten nu natuurlijk meer lezen en weten, want het eindigt met een kliphanger ;)

Athy zei

goed van mij, hé Cor. Ik leer het wel!! Groet!!

lebonton zei

je hebt de inktpot gelukkig weer helemaal vol gedaan. ik ben met cor benieuwd.

Athy zei

Ik ben geen wintermens, Ton. Nu kan m'n ziel weer stromen. Groet!!

Een reactie posten