6 reacties

Ingang, uitgang.

Terwijl ik op zolder mijn was ophang, komt er een zin bij mij boven die als kind grote indruk op mij maakte.
   "De Heer zal uwe ingang en uwe uitgang bewaren"; een frase uit de zegening voor het verlaten van de kerk. Als zoveel wat er in de kerk gezegd werd, hoorde ik het wel maar snapte ik het niet.
Daar kon ik mijn moeder ook niet rechtstreeks naar vragen. Want wat bedoelde hij nou, die dominee, met uwe uitgang. Bedoelde hij nou datgene waar ik niet over praten mocht, waarvan mijn moeder met dichtgeknepen mond zou zeggen dat het niet netjes was daarover te praten.
Mijn ingang, ja dat was duidelijk, daar moest altijd meer in dan ik prettig vond en soms met harde hand. Maar,  mijn uitgang
    "Jij ook altijd, met je vragen", toen ik het zo duidelijk mogelijk had gevraagd, wat er nou bedoeld werd, reageerde mijn moeder precies zoals ik had verwacht. Een bevredigend antwoord heb ik nooit gehad.
Zoek het maar uit, scheen zij bij dit soort vragen altijd te denken maar als ik dat deed, dan was het ook niet goed.
Ik bleef nieuwsgierig en leerde af vragen te stellen.
Waarom komt die zin bij mij boven, nu ik de was ophang: De Heer zal uwe ingang en uwe uitgang bewaren.
Terwijl ik mij over de trapombouw buig, met een handdoek in mijn hand, slaat de kachel aan.
Die heb ik vandaag voor het eerst aangezet. Het begin van een nieuw seizoen markerend.
Dat betekent ook, dat ik voor het eerst een wat dikkere trui aan heb en al was ophangend bedenk dat het straks weer te warm is. Met als resultaat dat de kachel weer lager wordt gezet en de tuindeur open. Een uitgang voor de warmte, ingang voor frisse lucht. Vandaag zal ik regelmatig die deur open zetten en weer dicht doen, naar buiten stappen en weer naar binnen. Mijn najaar ritueel. Wat er werkelijk bedoeld werd, destijds, daar denk ik al lang niet meer over na.
Die hemelse liefde heb ik uit mijn leven verwijderd, dat klopt niet met wat ik in de wereld zie.
Voorstanders van die liefde zullen roepen dat de ellende in de wereld mensenwerk is. Ja, dank je de koekoek. Dat geloof ik heus ook wel.
Maar ik ben opgevoed met het verhaal van een almachtige god, een hemelse vader.
Als ik vandaag de dag naar de situatie in de wereld kijk, klopt daar geen hout van. Religieuze fanatiekelingen, en ze zijn er in soorten en maten,  slaan anders denkenden de hersenen in; vertellen sprookjes over medicijnen die hard nodig zijn maar worden onthouden. Maken de wereld beslist niet tot 'a better place'. Integendeel. Had Hij maar moeten ingrijpen.
Als ik aan mijn kleinkinderen denk dan krimpt mijn hart van ellende. In wat voor wereld zullen zij volwassen zijn. Laten wij ons niet vergissen, wij leven al niet meer in vrede.


Mijn ingang en mijn uitgang, ik hou het realistisch. Mijn tuindeur en mijn voordeur

12 reacties

Leeftijd

Ik wil een blog schrijven en wat gebeurt er, er komt een migraine rondedansje voor mijn ogen. Ik zie maar de helft van alles en het schittert.
Daar word ik boos van zoals ik boos kan worden over alles wat mij dwarsboomt; leeftijdskwaaltjes, niet slapen, geen energie en mijn leeftijd. Vooral mijn leeftijd.
Nooit heb ik aan leeftijdsdiscriminatie gedaan. Jong of oud, alles was welkom.
In mijn twintiger jaren had ik diep respect voor oude mensen. Zij hadden geleefd en de meesten ook veel doorleefd. Dat moest ik nog maar zien te doen.
Er is moed voor nodig, om zo oud te worden.
Ik krijg de indruk dat jonge mensen, van de maakbare wereld, geen idee hebben dat ze binnen de kortste keren zelf als oud beschouwd zullen worden.
Het is in deze tijd voor niemand gemakkelijk. Twintigers, dertigers zelfs veertigers, zij moeten zoveel ballen in de lucht houden dat ik snap dat ze niet verder kijken dan hun eigen leeftijdsgroep.
Maar er zou op micro niveau toch kruisbestuiving kunnen bestaan van wederzijds opgedane ervaring?

Toen ik 70 werd veranderde mijn kijk op leeftijd
Als ik er  zelf niet zo van onder de indruk was geweest, had ik de afgelopen twee jaar leuker geleefd.
Het is een gevoel, ik heb er geen woorden voor, nog niet.
Oud heeft er de laatste jaren behoorlijk van langs gekregen, vooral de kranten konden er wat van. Het maakte mij onzeker.
Toen ik op een vroege ochtend met de bus naar het ziekenhuis moest voelde ik mij misplaatst tussen al die jonge koppies. Een studente bood mij haar zitplaats aan en dat vond ik zo hartverwarmend.
Twee meiden naast mij waren met elkaar in gesprek en toen één naar mij keek kon ik vragen wat zij studeerden. Het werd een leuk ontmoeting.

Met een vriendin van mij, acht jaar jonger en nog zeker een jaar aan het werk kwamen wij ook op ouder zijn. Opmerkingen van haar twee zonen hadden haar aan het denken gezet.
   Wij vergissen ons mooi, zei ze tegen mij, wij dachten wel dat we ouder zouden worden maar daar gewoon vrolijk binnen zouden hupsen met veel lol en gelach. Nou, pijntje hier, prikje daar, dat hupsen kunnen we wel vergeten.
Maar we schoten wel in de lach. Gelukkig lachen we nog steeds veel.
Dit is niet de tekst geworden die ik in gedachten had. De migraine heeft daar een stokje voor gestoken. Maar dit is wel mijn dagelijkse gang van zaken, dit zijn wel mijn gedachten die komen en gaan.
Ik zou zo graag mijn dagen op een zinnige manier vullen, dat lukt soms goed en soms minder maar het stroomt. Soms naar het verleden, soms in het heden. Een toekomst? 


De kracht van het hier en nu, daar houd ik mij aan vast. Iedere dag opnieuw.