3 reacties

afwezig

27.1.2011

Wegens ziekte gesloten.

4 reacties

cultuur


25.01.2011

Destijds was mijn voornemen dat ik iedere dag in de krant een mooi woord of een mooie zin zou zoeken, om daarmee een blogaflevering te schrijven.De laatste tijd vind ik geen mooie woorden en geen mooie zinnen meer.
Dat zegt iets over mijn manier van lezen en iets over de schrijvers die de krant invullen.
Artikelen die mij raken wil ik nog wel eens uitknippen daar heb ik een lade voor. Nu heb ik er eentje opgediept uit de Volkskrant van 8 mei 2010.Laat nu de eerste zin mij treffen:'Levenskunst op hogere leeftijd'.Lees ik deze zin hardop dan heeft hij een melodie, dat vind ik al mooi.
Daaronder staat in kapitalen:'Wij missen een cultuur van goed ouder worden'.
De melodie van de eerste zin is gevangen door de O. De zin daaronder heeft geen melodie door de ou-klank die een lagere toon geeft. Het gaat natuurlijk verder wel om de inhoud van het artikel.
Cicero, die 44 jaar voor Christus leefde schreef al over ouder worden en in navolging zijn er veel filosofen geweest die hetzelfde onderwerp hebben aangeroerd.
Goethe wordt aangehaald als voorbeeld van goed ouder worden en hij staat qua tijd dichter bij mij dan Cicero.Nou ja,hij leefde van 1749 tot 1832, hij heeft meer mijn schoollessen bevolkt dan Cicero.
Goethe was een levenskunstenaar en zag ouder worden als een nieuwe fase met eigen mogelijkheden. Beroemd zijn, in het centrum van kunstcultuur wonen en een grote vriendenkring hebben is natuurlijk van een totaal andere orde dan in Maarssenbroek wonen. Ook vriendenkringen, ik mag beslist niet klagen, zijn waarschijnlijk toch anders dan in de tijd van Goethe.De meesten van mijn vrienden werken, of ze zijn zo verslingerd aan hun kleinkinderen, dat ze dagen in de week oppassen en wij doen als grijze golf, met z'n allen aan vrijwilligerswerk. We zitten met plezier achter onze computer al of niet met allerlei spannende spelletjes.Kortom, wij zijn bezig.
Ik denk dat mijn generatie die levenskunst meer uit zichzelf moet halen, dan dat de huidige maatschappij een handreiking doet.Per slot zijn wij verwend, hebberig en alleen maar aan het potverteren,als je krant en t.v. mag geloven.
Loop ik in deze tijd door Utrecht dan zie ik vooral toch studenten die de terrassen bevolken, achter maaltijden of glazen bier. Ik liep destijds echt wel met mijn zakje boterhammen naar het Rosarium in het Vondelpark om even lekker te lunchen.Mijn generatie spaarde vooral maar dit terzijde.
Wat de levenskunst op hogere leeftijd vooral in het hier en nu wat schraler doet schijnen zijn volgens mij de hoeveelheid programma's op t.v. over ziektes in alle verschijningsvormen, dat wat je vooral moet laten en moet doen om het niet te krijgen en alle andere rampspoeden die de hogere leeftijd belagen.
Als nu eens al die emo-t.v. geschrapt zou worden, al die belerende en opgeheven vingertjes zouden verdwijnen,wat een verademing. Bovendien kan ik zo weinig met die informatie. Moet ik die stappen om de 7 soorten kanker te herkennen, uit mijn hoofd leren om er vervolgens dag in dag uit aan te denken? Een goede huisarts is van levensbelang, kan ik na vertellen en de rest? Bangmakerij, daar wordt niemand beter van.
Al met al kan ik constateren, dat ik al schrijvende beslist een gelukkig gevoel heb gekregen. Ik heb mijn leven geleefd zoals ik niet anders gekund zou hebben. Mijn talenten gebruikt en op mijn manier gebruik ik ze nog en geniet er van.
Van mijn verleden zou ik geen minuut hebben willen missen,hoe zwaar het soms ook was en van mijn toekomst ook niet, al moet ik bekennen dat ik deze laatste woorden wel met enig voorbehoud schrijf.

2 reacties

de dingen van alledag


24.01.2011

Ineens is mijn broodmes weg. Gewoon weg! Hoe dat kan snap ik niet. Ik heb het gebruikt, afgewassen en afgedroogd en daarna? Geen idee. Dan komt er iets hardnekkigs over mij. Dat mes hoort in die la, het ligt niet onder de theedoek, ik heb een andere la opengetrokken maar daar ligt het ook niet.Ik probeer de weg terug te bewandelen. Ben ik naar de tafel gelopen waar de kranten nog liggen? Nee.
Ik weet het, ik ben naar de tuinwerktas gelopen, naast de tuindeur, daar ligt ie vast in. Nee dus. Eén ding vertik ik. Ik ga niet in de container kijken en tussen alle viezige dingen graaien. Dag mes, je was oud, eigenlijk niet van mij want ik heb je nooit gekocht. Je was nog goed, dat wel met een benen handvat. Waarschijnlijk van de oma van mijn kinderen, die al dood was voor ik geboren werd.Je was een overschotje en ineens ben ik blij. Ha, ik ga een nieuw broodmes kopen, mijn eigen broodmes.
Ik kan mij niet heugen dat ik ooit zo'n ding heb aangeschaft, altijd gesneden brood gekocht, waarschijnlijk. Dat doe ik trouwens nog maar toch wil ik nu mijn eigen broodmes.Per slot van rekening, als je 68 bent heb je toch recht op een eigen broodmes, nietwaar?
Halverwege de rit naar het winkelcentrum kom ik een kleine oploop tegen. Iedereen staat stil en kijkt naar één punt. Vast een ongeluk, denk ik en zie dan een meisje van een jaar op 16 op de grond liggen. Twee agenten erbij, het kind trekt een grimas en heeft haar ogen open. Mij lijkt dat een goed teken en ik fiets door. Een half uur later, op de terugweg (met broodmes) staan er meer mensen te kijken en is er ook een ziekenauto bij gekomen. Wat bezielt mensen toch om naar iemand te gaan staren die dat op dat moment helemaal niet gebruiken kan.Als je niet kunt helpen, loop dan door.
Maar er is nu eenmaal helemaal niets te doen of te zien in Maarssenbroek. Leuk verzetje. Jongens er ligt iemand op de grond en er is een ziekenwagen bij. Kom gaan we kijken!Wanneer ik oversteek doe ik een schietbedje naar een hulpengel. Of dat helpt weet ik niet, ik doe het altijd zoals ik ook mijn eigen doden aanroep wanneer er binnen de familie iets spannends of engs te gebeuren staat.Mijn kleinkind roep ik aan wanneer er iets met de andere kleinkinderen is. Mijn man roep ik op als één van de meiden b.v. met een nachtbus naar Frankrijk moet met een groep van haar leerlingen.Zelf zie ik zo'n bus waar mijn kind in zit meteen een ravijn in donderen en dat kan ik niet zeggen natuurlijk. Dus roep ik haar vader op met de boodschap boven die bus te gaan hangen.
En zo is deze dag overgegaan in de namiddag van nu, nu ik achter mijn pctje zit. Een beetje poetsen, de kranten lezen, de boodschappen doen en wat filosoferen, dank zij dat kind op de straat. Ik hoop voor haar dat het meevalt en dat ze er niets aan over houdt.Ik weet dat het leven zo niet in elkaar steekt maar eigenlijk vind ik dat kinderen ontzien moeten worden in alle ellende.

2 reacties

angst


Korte verhaallijn.

19.01.2011

In de donkere namiddag is het oppassen geblazen, op de fiets. De regen miezert zoals alleen regen dat kan en natte windvlagen die van tussen de huizen aankomen gieren, bespringen hem regelmatig.Hij is gevallen en zit nu wat verwezen op de ambulancebrancard.
Een man van begin 70 met grote bruine schrikogen. Er ligt een waas van ongeschoren grijs over zijn wangen en zijn spaarzame haren staan in een pluk rechtop.Hij maakt een verwarde indruk.
Weet u wat er gebeurt is, meneer, vraagt de ambulancezuster. Kunt u ons dat vertellen?
Ik ben geschrokken, er kwam van links iets zwarts aangevlogen en dat wilde tegen mij opbotsen en toen verloor ik de macht over mijn stuur.
De vrouw knikt. Bent u bewusteloos geweest, heeft u gespuugd, vraagt ze door, terwijl zij een manchet om zijn arm vouwt om zijn bloeddruk op te meten.
Nee, alleen maar geschrokken, ik was bang.
Uw bloeddruk is veel te hoog, zegt de vrouw, wij nemen u even mee naar het ziekenhuis, dan kunnen ze u daar even helemaal nakijken.
Slikt u medicijnen?
Ja,zegt de man, voor mijn bloeddruk. Ik ben altijd bang hé! Dat komt door de televisie en dan kan ik niet slapen want dan ben ik bang.
Waar bent u dan bang voor?
Nou, voor de mensen. Dan kijk ik te veel televisie, dat maakt mij bang. Dan hoor je verhalen over overvallen en over mensen die in elkaar geslagen worden en over andere mensen, niet nederlanders, zeg maar en dan wordt ik bang. Toen dat zwarte ding ineens bij mij was dacht ik dat het een mens was en werd ik bang.
De man kijkt om zich heen. Hij is er niet gerust op. Zijn fiets is tegen een lantaarnpaal gezet, er zijn wat voorbijgangers blijven staan, daar voelt hij zich ongemakkelijk door.Voorzichtig voelt hij aan zijn hoofd, daar zit iets nattigs. Als hij zijn hand bekijkt ziet hij dat er wat bloed aan zit.
Heeft u hoofdpijn, vraagt de zuster.
Verwezen kijkt hij haar aan en schudt dan langzaam zijn hoofd.
Hij wil naar huis, gordijnen dicht en lekker bij de kachel. Misschien een borreltje
erbij.

3 reacties

kado


16.01.2011

Ik zoek een kadootje voor een jarige vriendin en weet niet wat ik zoeken moet.
Zij is ziek, ernstig ziek en de artsen geven haar een jaar.
Toen ik zo oud was als zij nu, wist ik zeker dat een mens pas sterft als zijn/haar taak afgemaakt is. Wanneer een leven klaar is. De tijdgeest was daar ook naar.
Ik heb in de geriatrie gewerkt,was aanwezig bij het sterven van mensen. Las tijdschriften als Prana,Bres en Onkruid. Verdiepte mij in de geschriften van Elisabeth Küpler Ross. Ik had een overtuiging, zo gezegd.
Nu, nu ik ouder word ben ik er niet meer zo zeker van. Ik verlang wel naar die goede oude tijd. Mijn eigen sterflijkheid wordt wat onverteerbaarder.
De zieke vriendin brengt mij terug naar het denken over dood en sterven en waar ik op hoop.
Haar artsen stellen haar een behandeling voor die kwaliteit verlengend is mits het aanslaat. Zij gaat er voor en zegt 'dan maak ik er 15 maanden van in plaats van één jaar'.
Vervolgens is zij samen met haar man een lijst gaan opstellen van plaatsen waar zij nog heen wil en dingen die zij nog wil doen. Wat haat ik dat woordje 'nog'.
De behandeling slaat aan, weten wij inmiddels en heeft weinig bijwerking.
Met haar verjaardag is zij niet thuis maar dat betekent niet dat er geen kadootje voor haar moet komen.Zelf ben ik gek op opschrijfboekjes, mooie opschrijfboekjes met een harde kaft voorzien van kleur en tekening en een overlappende klemmende sluiting. Zij is gek op katten en de kleur blauw.
Ik weet dat zij alles regelt wat ze regelen kan zodat ze, wanneer de ziekte toeslaat, haar handen en geest vrij heeft voor wat er dan werkelijk toe doet. Gedachten moeten haar hoofd in- en uitlopen, gevoelens naar boven komen en weer wegebben, dat kan niet anders. Of ze schrijft, weet ik niet maar ik waag de gok en koop een boekje met blauw en twee kattenkoppen op de kaft.
Met de woorden "als het niets voor jou is dan geef je het terug en dan vind ik je iets anders, maar het zou zomaar kunnen zijn dat het wel iets voor je is" geef ik het mooi ingepakte kadootje.Het is een schot in de roos en ik ben er blij om.Ze weet meteen al een zin die ze erin op gaat schrijven: 'iets begrijpen wil nog niet zeggen het accepteren'.
We praten een uur over wat haar bezig houdt en hoe zij daar in staat.En het raakt mij diep. Nog nooit heeft zij er zo gezond uitgezien en rustig. Gaat ze werkelijk dood?
"Ja,"zegt ze. "Ik kan niet beter worden, het gaat niet weg, het komt terug".
Een gevoelige en creatieve vrouw,die op een bepaalde manier leed aan het leven en rusteloos zoekend dat probeerde te overwinnen.Het lijkt alsof, nu haar tijd van leven te overzien is,zij de rust gevonden heeft dat te doen waarvan zij vind dat ze het moet doen.Een mysterie raakt mij.
Wij spreken af dat wij in Mei naar de Prionatuinen gaan. Op een mooie zonnige dag.

0 reacties

tandarts


14.01.2011

Gisteren bij de tandarts geweest. Ik heb niets met tandartsen, ik heb er, dank zij mijn traumatische ervaringen in mijn kindertijd, iets tegen.
En ofschoon ik mijzelf wapen tegen al te kinderachtig gedrag, ben ik op van de zenuwen wanneer ik er naar toe fiets.
Ik heb gelukkig hier een goede getroffen. Eéntje die niet zegt "Kom,kom mevrouwtje, even de kiezen op elkaar", terwijl mijn mond wagenwijd open staat om verdoofd te worden. Ook is mijn tandarts iemand die het niet kinderachtig vindt wanneer ik van te voren luminal slik, omdat anders de kans zeer groot is dat ik na het aanbellen mij omdraai en ergens koffie ga drinken.
Ik slik al heel lang geen luminal meer. Deze dokter heeft mijn volste vertrouwen.
De herinnering aan het negenjarige kind dat ik ooit was en dat staande geplombeerd werd, onderwijl vast gehouden door twee potige wijven, die mij niet zittend kregen, is achter mijn horizon verdwenen.
Ook de Amsterdamse tandarts die mij een kies trok, terwijl de driedubbele verdoving niet werkte omdat er een abces aan de wortelpunt zat, was ik bijna vergeten. Hij trok de kies in plaats van mij naar huis te sturen met een recept voor een geneesmiddel. De kies brak af en driemaal kwam hij met zijn tang in mijn mond. Bij de vierde keer zei ik "Nu niet meer" en had de knopen van zijn stofjas in mijn hand.
Toen ik naar de uitgang van het oude grachtenpand vluchtte, keek in de wachtkamer iedereen mij aan, met grote ogen en verstijfd van schrik.Ik denk dat mijn gebrul tot op het Leidseplein te horen is geweest.
Het was allemaal verleden tijd, maar de mondhygiëniste bracht het weer terug in mijn herinnering.
Twee keer per jaar moet ik daar naar toe, het is belangrijk dat mijn mond en
tandvlees schoon zijn, gezien het risico dat ik loop met mijn kunstaortaklep.
Weken van te voren weet ik al exact wanneer ik naar haar toe moet. Een grote wolk boven mijn hoofd die met iedere dag zwaarder wordt. Stoer rukt ze alles uit mijn mond wat schadelijk is en wroet met een pin langs de randen van mijn tandvlees. Dan komt er een machien met hels lawaai mijn mond binnen en bereikt alles waar ze bij kan.Ze is grondig in haar aanpak en dat is waarschijnlijk zeer goed, maar dat ik bijna zit te hyperventileren, daar kan ze niets mee.Als alles bloedend open ligt komt ze met een harde straal zout water alle bacteriën wegspuiten.
Ik vertelde een vriendin, die zeer ziek is maar zich niet afsluit voor de beleving van anderen, hoe panisch ik ben voor de tandarts en zij geeft mij een tip waar ik waarlijk baat bij heb gehad.
"Zeg een paar keer per dag tegen jezelf, hardop dat het normaal is dat je bang bent, maar dat het moet gebeuren en dat je het overleeft. Zeg een paar keer tegen jezelf, dat het niet leuk is maar dat je er geen drama van hoeft te maken, het duurt zolang je in de stoel zit".
Gelukkig woon ik alleen dus volg ik haar raad op. En het helpt.Een paar weken van te voren ben ik het hardop gaan zeggen en maakte er mijn eigen gesprek van. Het werkt echt.
Ik ben naar de tandarts gegaan, zonder eerst achter elkaar naar de wc te moeten om de angst eruit te werken.Ik ben niet geflipt en fietste een uur later opgewekt, met een scheef smoel, weer naar huis.
Vandaag bezocht ik mijn vriendin en bedankte haar.
"Nou,"zei ze. "Jij hebt mij ook een waardevolle tip gegeven, waar ik in het ziekenhuis heel veel aan heb".
Toen ik haar vragend aankeek zei ze "Iets begrijpen betekent nog niet het accepteren. Die zin komt in het boekje dat ik net van jou gekregen heb".

0 reacties

tijd


10.01.2011

Tijd, ik heb iets met tijd of heeft tijd iets tegen mij?
Ik heb de tijd en toch... Het is kwart over elf en ik heb nog niets gedaan, ben ik geneigd te denken al is dat niet helemaal waar.
Toen om acht uur,zoals iedere morgen, mijn wekker ging, had ik duidelijk een half uur nodig om zo wakker te worden dat ik kon opstaan. Een half uur te laat, miespelt dan mijn inwendig stemmetje en dat blijft, zeker tot in de namiddag, tot het er niet meer toe doet. Sinasappels persen en de krant lezen is dan de routine en de bakjes van de poes controleren, melk en brokjes.Douchen en de rest en dan ontbijten, het aanrecht leeg maken, dus de vaatwasser vullen.
Computer aan en op schrijverspunt van LinkedIn aan twee oproepen gehoor gegeven.
Vasthouden aan tijd vertroebelt dus mijn beleving.
Het is altijd de ruggegraat van mijn dag geweest. Wanneer je een half uur moet lopen langs een lange weg om op tijd op school te zijn en te laat komen wordt bestrafd, dan let je wel op.En toen ik later naar Amsterdam, langs dezelfde weg maar dan de andere kant op, naar school fietste, met als hobbel de pont over het IJ,bleef ik opletten. Na een verhuizing werden het de trein en de tram,die rijden op een vaste tijd.Door alle jaren van mijn arbeidzame leven was tijd de factor waarop ik moest verschijnen en weer kon verdwijnen.Ik heb een enorme hekel aan te laat komen en reis ik per trein naar een afspraak, dan zal ik altijd een trein eerder nemen.
Ik wil het mijzelf nog niet toegeven maar tijd begint zich langzaam aan tegen mij te keren.Lees ik in de krant over een plan dat over tien jaar gerealiseerd zal zijn, dan reken ik of ik dat nog zal meemaken. Om het prompt ook weer te vergeten want ik heb wel iets belangrijkers te doen. Maar toch....
De tijd loslatend, realiseer ik mij, dat ik gezond ben,kan gaan en staan waar ik wil en dat ik nog steeds wil leren. Leren om beter te schrijven, subtieler formuleren. Het is tijd om een bundel van Remco Campert te bestellen, Mijn eenmanszaak, columns. Met lezen vergeet ik de tijd.

0 reacties

drempel



07.01.2011

De draad weer oppakken van het schrijven.Het is meer een enorme drempel slechten.
December bracht mij van mijn à propos met zijn drukte, verplichte gezelligheid en de vrede op aarde gedachte die mij meer vermoeide dan rust bracht.
Maar de laatste knallen zijn verstomd, de lucht is, voor even, minder koud en de sneeuw is weg.De vogels vliegen af en aan in al hun verscheidenheid en ook daar is vrede niet echt een 'hot item'.De ene mees jaagt de andere weg, het roodborstje jaagt de mezen weg en de merels jagen alle vogeltjes weg. Behalve het boomkruipertje, dat trekt zich nergens iets van aan. Ja, de vlaamse gaai is te groot voor hem. En dan is er een klein wondertje. Een groepje staartmezen, droomvogeltjes vind ik ze, strijkt in mijn krentenboom.Zien de zaadbol en vliegen er met z'n drieën bovenop. Niets wegjagen, met elkaar houden ze de bol in evenwicht en ieder op zijn eigen kant eet.Drie staartmeesjes op één bol.Het kan dus.
Alsof ik op een signaal heb zitten wachten, sta ik op, loop naar boven en pak de aantekeningen die ik voor een nieuw verhaal heb geschreven.
Ik heb ideeën voor dit verhaal al op deze website aangehaald, geloof ik.
Het verhaal van een vrouw die het licht wil vangen.
Maar gisteren heb ik haar eindelijk vragen gesteld. Hoe woon je, wat vangt licht en wat geeft licht. Wat is jouw verhaal en hoe komt het dat je jouw verhaal niet kunt kwijtraken.
En terwijl ik aan mijn tafel zit en naar buiten staar, krijg ik de antwoorden.
Het belangrijkste antwoord is: zij heeft een duistere geschiedenis die niemand weet.
Geheimen kunnen gevaarlijk zijn, een eigen leven gaan leiden.
Ik geloof dat ik nu het verhaal kan schrijven van de vrouw die het licht wil vangen.
Ze heeft nog geen naam en ze heeft een man die een rol speelt in haar heden. Daar moet ik nog over nadenken.
De drempel is bijna geslecht. Nu moet ik nog wat rust vergaren, zodat ik niet om de vijf minuten achter mijn pctje vandaan vlieg. Ook dat gaat lukken.

0 reacties

houden van



03.01.2011

En dan is er dat kleinkind, dat mij negen jaar geleden oma maakte.
"Oma, ik weet dat jij ook de oma bent van Mees en van Tobias en nu dan van Linde" zei zij nu ruim vier jaar geleden.
"Maar kan je dan nog wel van mij houden?"
Ze was vijf jaren jong en keek zorgelijk naar mij op.
"Van jou houden", vroeg ik verbaasd. "Hoe kan ik nu niet van jou houden! Jij was de eerste, nog nooit was ik oma geweest en jij kwam en ik was oma! Lieve, jij was de eerste, dat is heel speciaal, ik zal altijd van je houden".
Op kraamvisite bij haar piepkleine nichtje was dat het eerste dat zij tegen de kraamverzorgster zei.
"Ik heb mijn oma oma gemaakt". En de kraamverzorgster was onder de indruk.
Inmiddels is zij negen jaar en wij houden nog steeds van elkaar.
Met kerst was ze erbij. Vol trots vertelde ze dat zij voor iedereen van haar eigen zakgeld een kadootje had gekocht.De eerste stap naar 'meedoen met de groten'. Voor de twee oma's een mooie corsage. Een droom van zwarte stof en ijzerdraad en zilverkleurige kraaltjes. Ik heb hem gedragen op nieuwjaarsdag. Op mijn pols.
Vier kleinkinderen ben ik rijk. Lieve was een pleister op een wond, geslagen door de dood van haar opa, die nooit zijn kleinkinderen heeft gezien.
Mooi om te zien hoe de kinderen met elkaar omgaan, vier individuen. Ik geniet van ze.
De kinderen hebben de toekomst, zegt men. Ik weet in ieder geval dat elke baby een nieuwe kans is voor de wereld.