Ode aan mijn liefde
Door de Spiegelstraat lopend, alweer een paar weken geleden, moest ik toch sterk aan de vader van mijn kinderen denken, mijn liefde. Nu bijna net zo lang dood als ik hem gekend heb.
De dag voordat wij uit Amsterdam verhuisden, van drie- en vierhoog naar een eengezinswoning met tuin, kwam hij de trappen opgestormd en zei, buiten adem:
Het is toch verschrikkelijk, hoeveel jaren heb ik hier nu gewoond en zonet ontdekte ik op de Willems Parkweg een gevelsteen die ik nog nooit heb gezien.
Hij was er helemaal ontdaan van.
In dat eerste jaar na de verhuizing, gingen wij vaak terug naar Amsterdam, om ons te laven. Want daar waar wij woonden was helemaal niets. Een bouwput die van tijd tot tijd een paar honderd meter opschoof. Het woonde wel maar wende niet, zoals een goede vriend van ons het eens uitdrukte.
Op een avond na weer een uitstap, terug in de tijd, zei hij:
Het is goed om hier te wonen. Hier moet je alles uit je tenen halen, in de stad ligt de wereld voor je uitgestald, komt tot je zonder er moeite voor te hoeven doen. Iedere minuut zie je weer wat nieuws, iets oogstrelend of iets waarover je na moet denken. Maar hier....en een wijds armgebaar volgde.
Een kentering, dacht ik. Inderdaad. De avond dat de warmte tussen de huizen was blijven hangen, de stadsdrukte ons om de oren toeterde en wij na een lange wandeling door de Jordaan ons in de trein lieten zakken, was een teken maar ik was te moe.
Uitstappend op station Maarssen, zei hij ineens, terwijl hij mij bij de arm pakte:
Ruik je het, het ruikt groen, wat heerlijk ruikt het hier....
Ik begon te lachen, ja het rook groen die avond, zo ruikt dus groen. Het woonde....wij waren gewend.....
Wat ik mij deze dagen pas realiseer is, dat hij een enorm offer heeft gebracht en ik alles heel natuurlijk vond.
Zijn hele leven in Amsterdam gewoond, 55 jaren lang. Toen kwam ik zijn leven binnen gehuppeld en binnen een paar maanden was alles geregeld en geordend, een heel nieuw begin kreeg gestalte.
Een klein jaar later was ik zwanger en kwam ons eerste kind, een tweede na bijna drie jaar en toen was drie- en vierhoog wonen niet meer leuk, nieuwe onder buren; met twee kinderen die trappen af en de kinderwagen in de stalling om de hoek, hoog boven mijn hoofd op een plankier.
Reden om te verhuizen naar een woning met tuin en alles onder handbereik.
Zijn werkterrein was verhuisd naar Utrecht, wij kozen voor M'broek onder de rook van.
Ik had er wel oog voor dat het hem kostte maar tegelijkertijd vond ik het zo heel gewoon. Natuurlijk deden wij wat we deden, we waren een gezin nu...
Maar het offer dat hij bracht....Ik wilde wel dat ik dat bij zijn leven had ingezien en niet twintig jaar na zijn dood.